Scroll Top

U bekijkt de website momenteel in taal NL. Voor aanvullende factchecks en inhoud met betrekking tot andere community's kunt u de vlagpictogrammen gebruiken om van taal te wisselen.

Hoe groeien kinderen op met nieuws?

Twee jonge kinderen die samen een oude krant lezen

Hoe groeien kinderen op met nieuws?

Al op heel jonge leeftijd komen kinderen in aanraking met nieuws. Ze kunnen hier dan ook op elke leeftijd vragen over stellen, of ze er nu klaar voor zijn of niet. Afhankelijk van hun leeftijd, gaan kinderen op een andere manier om met informatie en nieuws.

 

Kleuters (4-6 jaar)

Kleuters bevinden zich op eilandjes, hun focus ligt voornamelijk op zichzelf en hun ouders. Ze leven sterk in een eigen fantasiewereld en kunnen nog niet abstract denken.

Hier en daar horen kleuters al eens iets over het nieuws van hun broer, zus of (groot)ouders. Maar het blijft vaak beangstigend, verwarrend of overweldigend, omdat ze nieuws nog niet kunnen bevatten of begrijpen. Je kan met kleuters wel al enkele verschillende soorten media (Wat is een boek, krant, het internet, …?) verkennen. Vanaf de derde kleuterklas kunnen ze stap voor stap en met hulp leren om informatie op te zoeken in een bron op hun niveau.

TIP   Jonge kinderen kunnen al vragen stellen over het nieuws, terwijl ze nog niet klaar zijn om het te begrijpen. Stelt je kind vragen over wat er in de wereld gebeurt? Probeer dan te antwoorden op kindermaat. Wuif hun onzekerheden niet weg en ga het gesprek aan. Omdat het nieuws zo verwarrend is, is het belangrijk om hun vragen te beantwoorden. Weliswaar op een manier die aangepast is aan hun leeftijd.

 

Lager onderwijs (6-12 jaar)

Tijdens de lagere school komen kinderen steeds meer los van hun ouders en gaan ze vaker om met broers, zussen en vriendjes. Ze worden nieuwsgieriger en gaan erg op in onderwerpen die ze interessant vinden. Maar ze denken nog heel zwart-wit. Het deel van het brein dat verantwoordelijk is voor het kritisch denken en evalueren is nog niet genoeg ontwikkeld. Daardoor kunnen kinderen niet abstract denken.

Eerste graad (6-8 jaar)

In de eerste graad van het lager onderwijs leven kinderen nog in hun fantasiewereld en zijn ze redelijk impulsief. Nieuws blijft te abstract en overweldigend. Soms horen ze zaken over het nieuws, maar ze zijn zich nog niet bewust van de impact ervan. Je kan hun wereld wel al meer structuur geven door erover te praten. Ouders zijn hun belangrijkste bron van informatie, maar de leerkracht wordt hierin steeds belangrijker. Kinderen proberen voor het eerst de doelen te achterhalen van verschillende informatievormen. Zo leren ze dat reclame dient om je te overtuigen en het nieuws om je te informeren.

Tweede graad (8-10 jaar)

Kinderen tussen 8 en 10 jaar oud trekken steeds meer op met leeftijdsgenootjes. De leerkracht wordt een steeds belangrijkere bron van informatie. Bovendien kunnen ze al heel wat vaardigheden beginnen leren: met wat hulp kunnen kinderen in een bron het antwoord op een eenvoudige vraag vinden en proberen ze voor het eerst de betrouwbaarheid van een bron te beoordelen (aan de hand van simpele vragen zoals wie, wat, waar, wanneer en hoe).

TIP   De meeste jeugdjournaals zijn gemaakt voor kinderen vanaf 9 jaar. Toch kan het ook voor jongere kinderen nuttig zijn om het al af en toe te volgen. Kijk als ouder of volwassene mee zodat je extra uitleg op maat kan geven en hun vragen kan beantwoorden.

Derde graad (10-12 jaar)

Jonge tieners zijn échte trendwatchers en surfen van rage naar rage. Ze gaan nog steeds erg op in dingen die hen interesseren. Op deze leeftijd kijken ze op naar de leerkracht, maar vrienden staan meer en meer centraal. Ze denken wel nog heel zwart-wit.

Nieuws sijpelt hun dagelijks leven binnen en ze begrijpen dat er veel nieuws rond hen is, maar voor zaken zoals nepnieuws herkennen is het nog te vroeg. Je kan hen wel al laten kennismaken met begrippen zoals “feit”, “waarheid” en “leugen”. Ook proberen ze steeds vaker de betrouwbaarheid van een bron na te gaan en kunnen ze informatie opzoeken in verschillende bronnen.

 

Secundair onderwijs (12-18 jaar)

Jongeren in het secundair onderwijs kunnen stilaan meer abstract denken over de maatschappij. Ze stellen vragen over het nieuws en gaan op zoek naar extra informatie. Bovendien start in het middelbaar een heuse zoektocht naar hun eigen identiteit. Tieners ontwikkelen een eigen mening, normen en waarden.

TIP    Vaak hebben jongeren op deze leeftijd nog een groot rechtvaardigheidsgevoel en denken ze redelijk zwart-wit. Toch zijn ze stilaan klaar om het echte nieuws te volgen. Het Instagram account voor jongeren van VRT (@nws.nws.nws) kan een goed opstapje zijn. Het nieuws kan nog veel vragen bij hen oproepen. Daarom is het belangrijk om de actualiteit ook te bespreken, zowel op school als thuis.

Eerste graad (12-14 jaar)

Kinderen worden tieners en tieners worden pubers. Hoe meer ze van hun eilandje komen, hoe vaker ze in contact komen met de bredere maatschappij en alles wat daarin gebeurt. Jongeren stellen zich vragen over de maatschappij en beginnen een eigen mening, waarden en normen te ontwikkelen.

Dit is dus hét moment om hen te laten kennismaken met het nieuws: wat is nieuws, hoe wordt het gemaakt, hoe gaan journalisten te werk, welke bronnen gebruiken ze, … Jongeren kunnen dan ook zelfstandig informatie opzoeken in verschillende bronnen en kennen de stappen om de betrouwbaarheid van een bron te beoordelen.

Tweede graad (14-16 jaar)

In de tweede graad van het secundair onderwijs gaan jongeren actief op zoek naar hun eigen identiteit. Daarbij vergelijken ze zichzelf met leeftijdsgenoten en ideaalbeelden op (sociale) media, op zoek naar sociale aanvaarding. Stilaan beginnen ze de keuzes van ouders en leerkrachten in vraag te stellen. Bovendien zijn jongeren op deze leeftijd vatbaar voor extreme ideeën. In de zoektocht naar zichzelf willen ze zich afzetten tegen de massa en experimenteren ze met verschillende rollen. Praten is dus de boodschap!

Jongeren beseffen dat niet alle informatie die ze tegenkomen betrouwbaar is. Het is dus belangrijk dat ze verschillende informatiebronnen kennen, aftoetsen en vergelijken. Ook leren ze wat de impact is van sociale media en de stroom van (des)informatie die op hen (en iedereen) afkomt.

Derde graad (16-18 jaar)

Jongeren, nemen werkelijk alles onder de loep en onderzoeken hoe en waarom dingen gebeuren. Ze merken dat hun omgeving hen beïnvloedt en andersom. Hoe ouder ze worden, hoe meer ze de wereld gaan verkennen. Stilaan vormen ze een eigen mening over maatschappelijke, ethische en politieke kwesties.

Deze bijna-volwassenen beginnen echte kritische denkers te worden. Ze kunnen nieuws, informatie en situaties al goed beoordelen. Ze vergelijken bronnen, verwerken informatie op een kritische manier en kennen de invloed ervan op de maatschappij. Bovendien leren ze constructief om te gaan met meningsverschillen en hun stem te laten horen in de maatschappij.

 

Lees meer

Check alle mediawijze tools op de EDMO Belux website.

Lees meer over hoe kinderen opgroeien met nieuws en bekijk de leerlijn met een overzicht van de belangrijkste mediawijze leerdoelen.

Lees meer over hoe je met kinderen en jongeren kan praten over nieuws en nepnieuws.

Lees meer over nieuws en wat nieuwswijsheid inhoudt.